Gestuntel aan de Achterdeur

Kleine hennepkwekers en coffeeshofexploitanten pleiten al jaren voor een gesloten cannabisketen die minder misstanden in de hand moet werken en personeel, producenten en gebruikers niet langer stigmatiseert en criminaliseert. Een adequate regeling voor beschermde teelt in de glastuinbouw en aanvoer naar geregistreerde verkooppunten kan de cannabisketen sluiten. Van plant tot klant kan zo een transparant model op gang worden gebracht dat de staatskas jaarlijks al snel een miljard euro zou opleveren.

Maatschappelijk verantwoorde productie van psychoactieve cannabis dus, waarmee veertig jaar gedoogbeleid zou worden bekroond als proof of concept van het ooit voorbeeldige Nederlandse drugsbeleid. In De Achterdeur ontrafelt de Groninger videoproducent en programmamaker Steven Kompier de complexe vraag waarom Nederland de verkoop van hasj en wiet sinds 1976 gedoogt, maar vier decennia later als EU-lidstaat de productie en aanvoer nog steeds met vereende krachten vervolgt. Nota bene op grond van criminaliteit die door onvoldragen wetgeving in de hand wordt gewerkt. Oftewel criminogene wetgeving.

Schermafbeelding 2017-02-22 om 11.13.38

Thans is de ooit kleinschalige ideële productie van cannabis als uiting van burgelijke ongehoorzaamheid onder ‘kleyne luyden’ goeddeels overgenomen door professionele producenten die met eigentijdse agrarische technieken grootschalig wiet kweken. Productie en handel zijn in de loop der jaren  – naar verluidt – vooral gericht op de export. Dit gaat soms gepaard met diverse niveaus van georganiseerde criminaliteit en grof geschut.

Lees meer

Waardeketen
De Achterdeur gaat dieper in op de omstandigheden in Nederland die ertoe hebben geleid dat de productie en aanvoer naar de coffeeshop al jaren een sociaal-maatschappelijk hoofdpijndossier vormen. Kompier laat zien dat het inmiddels arbitraire en verouderde Nederlandse gedoogbeleid thans de conclusie rechtvaardigt dat partijen de afronding ervan liever negeren uit politieke en electorale overwegingen. Ingewijden in de cannabissector achten gecontroleerde aanvoer naar de coffeeshop daarentegen goed haalbaar.

cannabis_draagvlak

Het slepende vraagstuk rond cannabis ontstond aan het begin van de vorige eeuw in de Verenigde Staten en is met een aanscherping van de Controlled Substances Act in 1970 via de War on Drugs geproclameerd  door Richard Nixon mondiaal gefaciliteerd, met goedkeuring van de Narcotic Control Board van de Verenigde Naties.

Maar de 21ste eeuw staat voor verandering, ook in Noord-Amerika. Een sociaal-maatschappelijk wicked problem kan worden omgebogen richting een maatschappelijk verantwoorde, juridisch sluitende en transparant georganiseerde fair trade waardeketen. Kwaliteitscontroles kunnen worden ingevoerd en gerichte productinformatie bijgesloten, niet anders dan voor gangbare glastuinbouwproducten, tabak, pindakaas, alcohol of biologische leverworst.

Prof. dr. mr. Jan Brouwer_2‘Gedoog ook de Achterdeur’
Prof. dr. mr. Jan Brouwer, directeur van het Centrum voor Openbare Orde en Veiligheid en tevens hoogleraar Algemene Rechtswetenschappen aan de Rijksuniversiteit Groningen, zegt in De Achterdeur. ,,Als op grond van Europese verdragen de verkoop van cannabis aan de voordeur kan worden gedoogd, kan er geen juridische belemmering meer bestaan om dit ook aan de achterdeur te doen.”

In zijn documentaire (2012) toont Kompier aan dat een gespecialiseerd agrarisch bedrijf de productie ter hand kan nemen om aan de lokale vraag naar marihuana te voldoen. Als consumptieartikel kan het product onder het regiem van de Voedsel en Warenautoriteit worden vermarkt. Het Bureau voor Medicinale Cannabis, dat sinds 2003 in een zekere anonimiteit optreedt als uitvoeringsorganisatie namens het ministerie van Volksgezondheid, kan hier een rol in spelen. Met het BMC als uitvorend regeringsbureau namens het ministerie van Volksgezondheid kan een transparant model worden opgetuigd dat de Staat jaarlijks al snel 900 miljoen euro belastinginkomsten zou opleveren.

Criminogene wetgeving
Achtereenvolgende kabinetten hebben weinig respect getoond voor de gidsfunctie die Nederland heeft opgebouwd met haar drugsbeleid, dat sinds 1976 is gericht op bescherming van de volksgezondheid. Scheiding van de markten van hard- en softdrugs staat sindsdien centraal en is als zodanig vastgelegd in de Opiumwet. Doorpakken met de transitie naar regionale lokale productie- annex waardeketens zou tot een houdbaar concept moeten leiden. De coffeeshop kan dan ook zijn sociaal-maatschappelijk functie als ‘droge horeca’ behouden. Als proof of concept kan de cannabisketen zo zijn gelegitimeerd en internationaal tot voorbeeld strekken.

StevenKompierDe Achterdeur laat zien dat het repressieve cannabisbeleid in Nederland eind vorige eeuw is ingezet door voormalig staatssecretaris van Financiën Willem Vermeend (PvdA), tevens langeafstandsloper en naar verluidt ook anti-tabaksprediker. Kompiers documentaire leert verder dat voormalig minister van Justitie Piet-Hein Donner (CDA) Vermeends beleid kracht bijzette, wat vervolgens electoraal is uitgebuit door diverse politieke partijen.

Groninger model
Halverwege de jaren negentig waren in Groningen de productie en aanvoer naar verkooppunten van cannabis enige tijd prettig geregeld voor een heimelijke proef van de regionale Belastingdienst. In 1996 stak Vermeend echter een stokje voor de bredere introductie van het op pilotschaal beproefde Groninger model. In plaats van dit concept landelijk door te voeren sloot toenmalig minister Donner van Justitie (CDA) een overeenkomst met Duitsland over het tegengaan van cannabistoerisme in de grensstreek.

Donners opvolger als minister van Veiligheid en Justitie Teeven en OpsteltenIvo Opstelten (VVD) verbreedde dit beleid tot de gehele grensregio. Met als gevolg een tegenreactie van een groot aantal burgemeesters. Onder de kabinetten Rutte I en II initieerde Opstelten een onnavolgbaar flipperkastbeleid waar het cannabis betrof. Met repressieve ad hoc-besluiten in plaats van oplossingsgerichte symptoombestrijding, zoals de wietpas die kort na de invoering weer werd afgeschaft. Van een houdbare visie op de sector was en is geen sprake, laat staan van normalisatie of emancipatie van cannabis. Tegen beter kunnen, maar niet willen weten in houdt Den Haag de juridische cannabisparadox in stand.

Statuur verdampt
In 2015 zagen Opstelten en Teeven hun publieke statuur als VVD-coryfee volledig verdampen, nadat Opstelten tegenover de Tweede Kamer stelselmatig glashard was blijven volhouden dat ‘het bonnetje van Teeven’ onvindbaar was. Dit cruciale bewijsstuk dateerde uit de IRT-affaire in de jaren 1990. Indertijd onderzocht een parlementaire enquêtecommissie de handelwijze van het Interregionaal Opsporingsteam naar zware drugscriminaliteit. Het IRT-rapport leerde dat het Openbaar Ministerie – met zaaksofficier van Justitie Teeven als sleutelspeler en wijlen commissievoorzitter Maarten van Traa als mogelijk indirect slachtoffer – zich had laten ‘piepelen’ door de Amsterdamse drugsmaffia.

De IRT-commissie toonde aan dat er ernstige aanwijzingen bestonden voor diepgewortelde corruptie in het opsporings- en handhavingsapparaat. Opstelten en zijn handyman Teeven zagen zich jaren later – op 9 maart 2015 – genoodzaakt af te treden vanwege aangetoonde onregelmatigheden. Door hun functie neer te leggen werd een kabinetscrisis voorkomen. Als gevolg zagen ook twee andere partijgenoten van Opstelten en Teeven hun politieke loopbaan verzanden: Kamervoorzitter Anouchka van Miltenburg en Ard van der Steur, door de VVD geparachuteerd als scapegoat  voor Opsteltens faliekant mislukte inzet op de reorganisatie van het Nederlandse veiligheidsapparaat.

Bas Haan, onderzoeksjournalist NOS NieuwsuurNieuwsuur
In 2017 onthulde onderzoeksjournalist Bas Haan van NOS Nieuwsuur een samenhangend integriteitsvraagstuk bij het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum van het ministerie van Veiligheid & Justitie. Hij toonde onder meer aan dat het ministerie van V&J jarenlang door politieke motieven ingegeven invloed heeft uitgeoefend op onderzoeksrapporten van het als onafhankelijk te beschouwen WODC.

Rapporten van het WODC over de cannabismarkt bevatten misleidende informatie waarop het huidige regeringsbeleid is gebaseerd. Met eveneens voorbeeldig journalistiek spitwerk trok Haan daarna ook het juiste bedrag op het wel degelijk gearchiveerde bonnetje van Teeven onder een diepliggende tegel vandaan: 4,7 miljoen gulden. Waarmee het bestaan van het door Opstelten als verloren bestempelde betaalbewijs van Teeven aan drugscrimineel Klaas Houtman alsnog is bevestigd.

Bas Haan schreef vervolgens school voor de onderzoeksjournalistiek door zijn werkwijze en bevindingen in hard copy om te zetten met zijn boek De rekening voor RutteDe Teevendeal, het bonnetje en de politieke prijs voor leugens. In juni 2018 is deze publicatie onderscheiden met de Brusse-prijs voor het beste journalistieke boek van 2017. De uitgave mag volgens juryvoorzitter Jutta Chorus worden bestempeld als verplichte kost voor professionele journalisten.

Piet-hein-donner-portretRepressie als norm
In weerwil tegen de door de Tweede Kamer bevestigde bevindingen onderschrijft de huidige vice-voorzitter van de Raad van State mr. Piet-Hein Donner (CDA) – qualitate qua de ‘onderkoning’ van Nederland – nog altijd de repressieve benadering van de rijksoverheid jegens cannabis. Namens zijn partij stelt Donner zich al jaren paternalistisch op als ‘uw broeders hoeder’, terwijl de wetenschap de houdbaarheid van enig repressief beleid al lang met een gestrekt been onderuit heeft gehaald. Donner cum suis moeten met leden ogen aanzien dat de kerk jongeren minder aanspreekt dan eigentijdse bezinnings- annex meditatieruimten met een cannabislogo op het raam.

Aan het volksgezondheidscriterium en de groeiende maatschappelijke acceptatie van cannabisproducten laat de hoogste ambtenaar van Nederland zich vooralsnog dus weinig gelegen liggen. Een doorgewinterde confessionele CDA’er zal evenmin snel van zijn staatsrechtelijk geloof vallen. Maar misschien dat een verwijzing naar het gebruik van Kaneh Bosm in het Oude Testament ((Exodus 30:22-33) kan leiden tot een meer verlichte perceptie. (zie onderaan dit artikel).

Historisch besef
De manier waarop Nederland zich tot dusver opstelt in het Europese cannabisdebat getuigt al met al van weinig historisch en wetenschappelijk besef en een laag internationaal zelfbeeld als natiestaat. Voorheen was Nederland immers gidsland op het cannabisdomein. Het maakt ook duidelijk dat Nederland veelbetekenende nationale volksgezondheidsscores nog altijd niet vertaalt in houdbare wetgeving die tot een maatschappelijk verantwoord beleid zou leiden.

Canada, Uruguay, Tsjechië, Zwitserland, Spanje en een groeiend aantal Amerikaanse staten met Colorado, Nevada en Californië als koplopers, baseren hun cannabisbeleid thans vooral op grond van aan de Nederlandse situatie ontleende argumenten op het domein van de volksgezondheid. In de Verenigde Staten is cannabis verkrijgbaar in zogenaamde dispensaries. In zo’n cannatheek kunnen meerderjarigen op vertoon van een doktersattest kiezen uit tientallen soorten cannabis die – op basis van de gerichte klantvraag dus – kennelijk werkzaam blijken tegen diverse aandoeningen. In Noord-Amerika zijn grote cannabisbedrijven inmiddels beursgenoteerd en de prognoses wijzen op een marktpotentie van meer dan 3 miljard dollar per jaar. Deze kant zou het in Nederland ook op kunnen gaan. Blijft Nederland zich blond opstellen als het domste maar braafste jongetje in de klas?

Vera Bergkamp D66Experiment Gesloten Cofeeshopketen
Voor cannabisten in Nederland biedt de stemming in de Tweede Kamer van dinsdag 21 februari 2017 echter nieuwe hoop. Een meerderheid van 77 tegen 72 stemmen sprak zich uit voor de Wet gesloten coffeeshopketen, die ‘gedoogde productie en aanvoer van cannabis’ moet reguleren in combinatie met een ‘geleide planeconomie onder toezicht van de rijksoverheid’. Zoals het een zichzelf respecterende democratie betaamt waar het om psychotrope stoffen als opiaten, alcohol en cannabis betreft.

Hoewel de Eerste Kamer zich nog moet uitspreken over het initiatiefwetsvoorstel van D66-Kamerlid Vera Bergkamp, lijkt de roep om regulering van de cannabismarkt in Nederland na meer dan vier decennia gedogen democratisch en politiek diep genoeg te zijn geworteld om achterhaalde wetgeving te innoveren. Uiteindelijk zal de wal het schip keren: de vastgeroeste elite weet zich uitgefaseerd, in de wetenschap dat Nederland links en rechts economisch en moreel wordt ingehaald door de mondiaal voortschrijdende emancipatie van cannabis. Per saldo overigens niets anders dan een door Moeder Natuur gegeven plant die al duizenden jaren een onderscheidende rol speelt in het dagelijks leven van miljoenen mensen wereldwijd.

» Bas Haan ontvangt Brusse-prijs voor het beste journalistieke boek van 2017.

» Klokkenluider onthult gesjoemel bij WODC.

» Het voorstel en de stemuitslag Wet Gesloten Cannabisketen.

» Cannabis Culture belicht gebruik van Kaneh Bosm in het Oude Testament.

» Tweede Kamer gedoogt cannabisproductie.

Pantanova ♥ Alldayjazz FM, luister mee!